Onze wedstrijddag + mijn motto (dat heeft er ook iets mee te maken)

Oké, zijn jullie klaar om een wedstrijddag met mij te beleven? Het begint al een paar dagen van tevoren, ik weet dat ik mijn outfit nog moet wassen maar dat negeer ik zolang mogelijk totdat mijn man er iets van gaat zeggen: “Zijn je wedstrijdkleren wel gewassen?” Nee, natuurlijk niet want ik heb geen zin. Ik heb geen zin om de was te doen maar vooral ook geen zin om wedstrijd te rijden dus stel ik alles uit wat ermee te maken heeft. Ik had liever naar het bos gegaan of naar het strand of misschien weer eens een keertje zonder zadel?

Ik heb een paar dagen ervoor nog een les om even de proefjes te oefenen. Dat ging eigenlijk best wel heel fijn en dan vind ik ook wel weer genoeg. We kunnen het toch? Dan hoef ik dat heus zaterdag niet nog een keer te bewijzen. Ik zie namelijk op tegen het knotten, het tenue, de tijdsdruk waar ik altijd last van krijg, het presteren, het vinden van een lezer en mijn hoofd is er heel goed in om nog meer redenen te verzinnen. Of deze redenen nu een kern van waarheid bevatten of niet, dat doet er niet zo heel erg toe.

Mijn man is erg lief want de dag voor de wedstrijd als ik thuiskom was de ergernis voor hem groot genoeg om mijn wedstrijdoutfit te hebben gewassen, opgehangen en het is zelfs al praktisch droog. Oké, nou ja, dat hoef ik dan niet meer te doen en afzeggen is een beetje zonde ook want ik moet mijn inschrijfgeld dan sowieso betalen. De vorige wedstrijd had ik ook al afgezegd omdat we de dag ervoor een auto ongeluk kregen dus ja… eigenlijk moet ik gewoon niet zo zeuren en gewoon gaan toch?

En dan de ochtend van de wedstrijddag. Na het douchen zolang mogelijk te hebben uitgesteld zoek ik mijn kleding bij elkaar. Past mijn wedstrijdbroek nog? Ik hoop het en na wat sjorren zit die daadwerkelijk aan mijn aangekomen billen (euh ja, hier heb ik het ook moeilijk mee maar ik negeer het eetstoornis stemmetje wat mij op dit soort momenten echt een waardeloos gevoel wil geven). Oh ja, haarclip. Tuurlijk, haarclip kwijt. Lag die niet op tafel? Die spullen heeft mijn man opgeruimd. Waar? Gelukkig weet manlief mij vrij snel te vertellen waar die spullen zijn en vind ik mijn haarclip in niet al te lange tijd. Ik móet eigenlijk nu wel echt weg.

Dekje? Ja, die had ook wel een wasbeurt mogen hebben. De binnenkant is nog prima maar de zwarte vlekken aan de buitenkant, die vind ik zelfs een beetje vies. Startgeld? Moet het cash? Ja, dus. Is er cashgeld in huis? Mijn man heeft nog twintig euro in zijn portemonnee maar daar ga ik het niet mee redden. De portemonnee ligt nog in zijn auto en ik moet écht nu in mijn auto gaan stappen. Met de twintig euro op zak vraag ik in onze groepsapp of iemand nog tien euro cash heeft? Uiteraard is Susan weer mijn reddende engel, zoals zo vaak.

Vervolgens is alles kort samen te vatten: tijdsdruk tijdens het knotten, prima op tijd klaar zijn en zelfs nog drie keer kunnen plassen voor we onderweg moeten (als je het je afvraagt: ja, ik heb een psychisch gestoorde blaas). Charlie gaat met ons mee om te lezen en als zij met Nicky en mij meefietst, we boven aan de weg op de dijk komen denk ik ineens: dit is best wel als een soort privé buitenrit. Eigenlijk best leuk. Waar mijn tegenzin om mee te beginnen dan precies vandaan komt? Geen idee, misschien is het een soort verkapte vorm van wedstrijdstress maar als ik eenmaal aan het rijden ben heb ik nergens last van. Met inrijden geniet ik van een ondeugende maar wel heel fijn te rijden Nicky. In de proefjes laat ze zich super lekker wegrijden en er is nog genoeg ruimte voor verbetering maar we hebben in ieder geval genoten.

En niet alleen ik vond dat Nicky fijn te rijden was want de jury was het er ook mee eens. In de tweede proef had ik geen winstpunt verwacht want we hadden een duur foutje met het aanspringen in de linkergalop en aan het einde van de proef had ik het gevoel dat we beiden helemaal gevloerd waren (hoe blij kan je zijn om de AC-lijn op te rijden?). De jury vond beide proeven een dikke winstpunt waard dus met twee punten gaan Charlie, Nicky en ik éxtra blij op de terugweg.

Nicky stapt met veel enthousiasme naar huis en ze heeft haar oortjes naar voren. Charlie en kletsen wat na over de proeven, de fijne jury en Nicky die echt werkwillig was. Langzaam kom ik tot de conclusie dat voor mijn gevoel wedstrijd rijden voor mij toch een prestatiedruk geeft. Dat je niet even kan denken: aah, nu is ze even moe en toe aan een rondje stap dus dan doen we dat lekker. Daardoor voel ik mij dan toch een soort van gedwongen om dingen te moeten.

Wellicht moet ik dit zelf een beetje meer loslaten, we kunnen best plezier hebben en tóch twee hele proeven uitrijden. Accepteren wat er dan soms misgaat en de focus houden op ons. Wij (Nicky en ik) hebben het naar ons zin en in de tussentijd worden we ook heus steeds een beetje beter maar alles boven alles wil ik kunnen afgroeten met een glimlach. Ik ben geen wedstrijdruiter pur sang en eigenlijk is het feit dat dat geldt voor ons hele team.

Iedereen vindt het leuk om bezig te zijn in de paardensport maar het gaat  bij ons alles boven alles vooral om de connectie met het paard, de gezelligheid met elkaar en het plezier in wat we samen doen. Wellicht moet ik mijzelf er iets vaker aan herinneren dat de sport als je het goed doet ook écht gewoon heel leuk kan zijn, uiteindelijk heb je zelf in de hand hoe je het aanpakt en hoeveel je ervan geniet. Volgende week hebben we trouwens weer wedstrijd en nu is natuurlijk de grote vraag: doe ik mijn wedstrijdoutfit in de was of mijn man? We gaan het meemaken!

 

 

Tagged , , , , ,

1 gedachte over “Onze wedstrijddag + mijn motto (dat heeft er ook iets mee te maken)

  1. Deze is ook weer super leuk geschreven.
    Echt een super wedstrijd ook nog gereden❤️❤️Trots op jou❤️

Laat een reactie achter aan Lisa Reactie annuleren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *